Vorige week was ik op een zonnige zondagochtend met een aantal vaders in het bos. Jonge mannen die aangaven een authentieke en betrouwbare vader te willen zijn. En tegelijkertijd niet precies wisten hoe ze dat moesten bereiken. Maar wel wilden zoeken. Daar is moed voor nodig. Moed om over de drempel te stappen en zich aan te melden voor de vaderontmoeting. Moed om een hele ochtend te zoeken naar wat de kwaliteiten zijn, die zij zich als vader toewensen.
Met moed is iets vreemds aan de hand. Wij vinden andere mensen moedig wanneer ze oprecht zijn en kwetsbaar in het uitdragen van hun verhaal. Als ze bereid zijn om in het uitdragen van hun waarheid het hoofd te stoten, te struikelen en weer op te staan. Authentiek. En liefst met een paar schrammen om te laten zien dat je overtuigingen en moed echt zijn en niet uit een schreeuwerige cursus komen.

De navelstreng doorknippen. De eerste belangrijke daad van de vader als een baby geboren wordt. Een eenvoudige handeling. Maar iedere vader die het een keer gedaan heeft weet hoe het voelt. De taaie navelstreng geeft weerstand, je geeft meer druk op de schaar en dan, met een zacht scheurend geluid – gggwwioek – ben je er door heen.